Bijzondere weerdagen
Overzicht
1999
2001
2002
 Overzicht
 5 augustus 2002
 9 september 2002
 22 september 2002
2006
Kies een categorie in het menu hierboven
Algemeen         Weerfoto's         Actueel weer         Bijzondere weerdagen         Weerarchieven        
Bijzondere weerdagen
Home / Bijzondere weerdagen / 2002 / 9 september 2002 / 

Maandag 9 september 2002

Na een zomer met vele zware buien, maar weinig fraai nachtelijk onweer, was deze dag een late ‘echte’ zomerdag met een zeer goede uitgangssituatie voor eventueel zware onweersbuien ergens in Nederland in de loop van de dag. Al lange tijd was de druksituatie geblokkeerd, met onvoorstelbaar standvastige Scandinavische hogedruk. Het hoog zorgde vooral in Scandinavië voor een unieke zomer, maar kon in Nederland de storingen niet altijd buiten de deur houden. De storingen vielen vaak stil en zorgden voor de buien en voor weinig wind, daar de gradiënt vaak uiterst gering was. Fraaie scheringssituaties en situaties waarin juist nachtelijk onweer kon optreden waren zeldzaam. De grote hoeveelheden neerslag waren veelal het gevolg van het langzaam verplaatsen van de buien.

Deze dag had wel een veelbelovende uitgangssituatie wat de schering betreft en ook het tijdstip leek ’s morgens interessant, ook voor mogelijk nachtelijk onweer naar de 10e september toe. Een reeds dagenlang golvend en stilliggend front boven de Noordzee, dat de dagen hiervoor in het westen voor zware buien zorgde, kreeg boven Frankrijk een actieve golf, die zich doorontwikkelde tot een secundair laag. Hierdoor kromp de stroming in de heel vroege morgen naar OZO en nam snel toe, daarmee ook snel warmere lucht aanvoerend. Bovenin stond een iets zuidelijkere stroming, een goede scheringssituatie dus. Het was echter droge lucht en er was zeker een ‘trigger’ nodig om convectie op gang te kunnen brengen. Gedurende de middag zou er voor het koufront uit een convergentielijn langzaam van noord naar zuid het land gaan passeren en de vraag was wat deze lijn zou kunnen gaan losmaken. Rond 1 uur was het in Wageningen reeds 26 graden en op sommige plekken in de achterhoek zelfs 28 graden. De 26 graden van Wageningen bleek net niet genoeg om daar de atmosfeer te laten ontploffen. Om 13.30 namen we namelijk een winddraaiing van OZO naar Z waar en de temperatuur begon langzaam te dalen. Ook ontwikkelde zich juist op dat moment duidelijk op een band gerangschikte cumulus vrijwel boven ons hoofd, die al heel snel behoorlijke verticale proporties aannam. Deze band zagen we met de windsprong mee langzaam noordwaarts bewegen en zich van ons verwijderen. Hemelsbreed 20 a 30 km verderop en ook wat oostelijker op de band, ontwikkelde zich snel een eerste zichtbare bui.

 

Hierna ontstonden er meer buien op de lijn. Een drietal afzonderlijke buien is op de foto hieronder goed zichtbaar. Van een echte squall-line, die we mogelijk verwachtten, is op dat moment geen sprake. Binnen aderhalf uur na de eerste gevormde bui had zich een langgerekte lijn met 'losstaande' buien ontwikkeld, die ook een eind Duitsland in lag.

  


Fraai is bij vergelijking tussen de foto's hiernaast, genomen met zes minuten tussenpauze, te zien hoe snel de verticale ontwikkeling van de diverse buiencellen plaatsvond. De bui op de bovenste foto links bestaat namelijk uit 2 'kleine' celle. De linker is echter over zijn ontwikkeling heen en reeds aan het uitsterven, terwijl de rechtercel zich juist sterk ontwikkelt. Op de bovenste foto lijken de beide cellen van de linker bui even groot, maar na een verdere verticale ontwikkeling lijkt even later de rechter cel juist veel groter. De rechter cel zit dichterbij, maar lijkt op de bovenste foto even groot doordat hij nog minder hoog zit.
Verder is op de foto hiernaast een prachtige klassieke cumulonimbus zichtbaar, met inflow aan vooral de rechteronderzijde en de ijskap die daaroverheen uitspreidt, resulterend in een schijnbaar gat halverwege de rechterzijkant van de wolk.
Op de foto links is een van de buien zichtbaar kijkend precies door de hoofdstraat van Wageningen, vlak voor een biertje op het terras. Deze inmiddels volwassen bui heeft zich ontwikkeld uit de hierboven beschreven zich snel ontwikkelende rechtercel.

De buienlijn verplaatste zich vervolgens slechts uiterst traag verder naar het noordoosten, en zelfs vlak voor de schemering was hij nog niet uit het zicht verdwenen. Op onderstaande foto is dit mooi te zien. Opvallend is ook de fraaie langgerekte band met altocumulus castellanus, met een vrij lage basis, die zich ruim voor de buien bevindt, maar door de dieptewerking tegen de buien aan geplakt lijkt aan te zitten. Een uur later namen we in de late schemering nog weerlicht waar. Al met al was de buienlijn dus aan de verkeerde kant van ons ontstaan en passeerde de convergentielijn Wageningen ‘droog’. Toch konden we de gehele ontwikkeling dus prachtig aanschouwen, waarbij de buien zeker zeven uur lang ‘in beeld’zijn gebleven.


Laatst gewijzigd op 10 september 2002
Naar boven
©2002 Weersite.net